Aanstellingsaftrek toekennen

Een aanstellingsaftrek is een deel van een aanstelling, dat niet beschikbaar is voor onderwijs, maar dat we wel op een transparante manier zichtbaar willen maken. Voorbeelden hiervan zijn:

  • ouderschapsverloven
  • sop-regelingen
  • uitleen aan andere academies, instituten etc.

Om een aanstellingsaftrek toe te kennen moet deze eerst gedefinieerd worden.

Aanstellingaftreksoort aanmaken

Klik op AANSTELLINGSAFTREKSOORT AANMAKEN om een nieuwe aftreksoort te definieren. U krijgt nu een lijst met alle reeds gedefinieerde aftreksoorten.

De gegevens van reeds gedefinieerde aftreksoorten kunnen worden gewijzigd door te klikken op wijzig. Aftreksoorten kunnen verwijderd worden door te klikken op de link verwijder. Is deze link grijs, dan is de aftreksoort al toegekend aan een medewerker en is het niet mogelijk deze te verwijderen.

Toevoegen van een nieuwe aftreksoort

Klik op voeg nieuwe aftreksoort toe om een nieuwe aftreksoort aan te maken. U komt nu in een invoerscherm waarin u de aftreksoort kunt invoeren.

Sla vervolgens de gegevens op door te klikken op sla op en keer terug naar vorige pagina.

Koppelen van een aanstellingsaftreksoort aan een medewerker

De volgende stap is het koppelen van een bepaalde aftreksoort aan een medewerker. Klik hiervoor op AANSTELLINGSAFTREK TOEKENNEN.

U krijgt een scherm te zien waarin u kunt kiezen voor een bepaald schooljaar, een periode en een aanstellingsaftreksoort. In dit geval is gekozen voor de aanstellingsaftreksoort ‘Uitleen binnen hogeschool’.

In de derde keuzelijst vindt u dus de aanstellingsaftreksoorten die u zelf gedefinieerd hebt bij AANSTELLINGSAFTREKSOORT AANMAKEN (zie onder).

De gegevens van reeds toegekende aanstellingsaftrekken kunnen worden gewijzigd door te klikken op wijzig. Aanstellingsaftrekken kunnen verwijderd worden door te klikken op de link verwijder. Let op: hier wordt niet de aanstellingsaftreksoort verwijderd, maar alleen de toekenning van deze aftreksoort aan een bepaalde medewerker.

Toekennen van een nieuwe aanstellingsaftrek aan een medewerker

Selecteer de juiste aanstellingsaftreksoort uit het keuzemenu. Klik vervolgens op voeg nieuwe aanstellingsaftrek toe. U komt nu in een invoerscherm waarin u de aanstellingsaftrek kunt invoeren.

Bij medewerker krijgt u een keuzelijst met alle medewerkers waar deze aanstellingsaftrek nog niet aan toegekend is. Hierdoor wordt voorkomen dat een bepaalde medewerker meerdere keren wordt ingevoerd.

Bij aftrek wordt de betreffende aanstellingsaftrek ingevoerd.
Let op: Een aanstellingsaftrek van 0,5 FTE wordt aangegeven met 0.5 (let op de punt).

Als de aftrek betrekking heeft op een uitlening aan een ander instituut, selecteer dan bij uitleen_aan het betreffende instituut. Door een instituut te koppelen aan deze aanstellingsaftrek kunnen automatisch overzichten worden gegenereerd met uitleeninformatie.

Voeg eventueel nog wat extra informatie toe bij toelichting.

Sla vervolgens de gegevens op door te klikken op sla gegevens op en keer terug naar vorige pagina.

Voor het aanmaken van instituten, zie Instituut aanmaken.

Wat krijgt de medewerker te zien?

De medewerker krijgt op eenzelfde overzichtelijke manier zijn aanstellingsaftrek(ken) te zien. Zie voor een voorbeeld hieronder.